Spraak en Taalstoornissen
Spraakstoornissen
Articulatiestoornissen
Het betreft hier stoornissen waarbij spraakklanken niet of verkeerd worden uitgesproken. Het kan dus zowel om een weglating, vervanging of vervorming van de spraakklank gaan. Voorbeelden hiervan “toetje”in plaats van “koekje”, “pelen”in plaats van “spelen”.
Wanneer een kind in zijn spraakontwikkeling duidelijk achter is bij het gemiddelde van zijn leeftijdgenoten, spreken we van een vertraagde spraakontwikkeling. Een kind behoort op 3 jarige leeftijd voor 75% verstaanbaar te zijn voor anderen dan de ouders!
Motorische spraakstoornissen (dysarthrie)
Bij patiënten met een aangeboren of verworven aandoening van het zenuwstelsel kan ook de spraak gestoord zijn. Voorbeelden hiervan zijn dysarthrie bv. ten gevolge van de ziekte van Parkinson, multiple sclerose of een herseninfarct. De spraak is dan moeilijk verstaanbaar door een stoornis in de spierspanning en/of de coördinatie van de spieren.
Stotteren
Stotteren is niet-vloeiend spreken: een verzameling van hoorbare (herhalingen van woorddelen en klanken, verlengingen van klanken en blokkades), soms zichtbare (meebewegingen in het gezicht of van ledematen) en vaak ook verborgen symptomen (spreekangst, stotterangst, schaamte etc.) die per situatie kunnen verschillen. De symptomen zijn een gewoonte geworden en te onderscheiden van “normale” niet-vloeiendheden. Hoe jonger het kind hoe beter het stotteren aan te pakken is! Ga bij twijfel of ongerustheid naar de logopedist.
Taalstoornissen
Taalontwikkelingsstoornissen
De taalontwikkeling verloopt volgens een bepaald patroon (de verschillende stadia van de taalontwikkeling). Bij een aantal kinderen kent deze ontwikkeling een vertraagd of afwijkend verloop. Op 4jarige leeftijd maken kinderen al behoorlijk lange zinnen, kunnen een verhaal logisch vertellen en begrijpen ze complexere zinnen.
De stoornis treft zowel de ontwikkeling van de taalvorm (verbuigingen en vervoegingen van woorden en de zinsbouw), de taalinhoud (woordenschat en taalbegrip) als het taalgebruik.
Als de taal zich niet normaal ontwikkelt ten gevolge een verstandelijke handicap, een gehoorstoornis of een psychische stoornis, dan spreken we van een secundaire taalontwikkelingsstoornis.
Afasie
Afasie is een verworven taalstoornis na bv. een beroerte of een trauma. Iemand met afasie verliest door hersenletsel zijn vermogen om taal te begrijpen en/of te gebruiken. Ook het lezen en schrijven kunnen aangetast zijn.